Executieve functies trainen door middel van samenwerkingsopdrachten

Het is een bekend gegeven dat alle executieve functies bij kinderen een belangrijke rol spelen in hun prestaties op school. Deze functies omvatten onder andere planning, organisatie, aandacht, emotieregulatie en zelfbeheersing. Het is echter minder bekend hoe het gericht trainen van deze functies kan bijdragen aan een significant hoger leerrendement.
In dit artikel bespreken we hoe je verschillende executieve functies bin kinderen in je klas kunt versterken en enkele mechanismen die hieraan ten grondslag liggen.

Taakinitiatie voor doelgericht gedrag en volgehouden aandacht

Ten eerste kan het gericht trainen van de nog zwakke executieve functies zorgen voor meer focus en concentratie bij leerlingen. Leerlingen worden regelmatig afgeleid door allerlei prikkels, zowel binnen als buiten de klas. Door de aandachts- en zelfbeheersingsvaardigheden van leerlingen te verbeteren, kunnen zij beter omgaan met deze afleidingen en zich beter concentreren op de lesstof. Hierdoor kunnen zij de leerstof sneller begrijpen en beter onthouden, wat het leerrendement ten goede komt.

Wanneer deze taakinitiatie verbetert, gaan leerlingen steeds efficiënter om met hun lestijd. Soms kun je met een aantal praktische tips strategieën meegeven, waardoor het executief functioneren een boost krijgt.

Betere timemanagement, flexibiliteit en werkgeheugen

Een tweede mechanisme is dat het trainen van executieve vaardigheden kan leiden tot een betere planning en organisatie van het leerproces. Leerlingen die deze vaardigheden goed beheersen, kunnen beter inschatten hoeveel tijd ze nodig hebben voor een opdracht en hoe ze deze opdracht het beste kunnen aanpakken. Hierdoor kunnen leerlingen hun tijd en energie efficiënter gebruiken en meer gedaan krijgen in dezelfde hoeveelheid tijd. Dit kan ervoor zorgen dat leerlingen gemotiveerder zijn om te leren en minder snel ontmoedigd raken als ze voor een moeilijke opdracht komen te staan.

Hoger leerrendement

De executieve functies emotieregulatie en inhibitie

Een derde mechanisme is dat het werken aan executieve functies kan bijdragen aan een betere emotieregulatie bij sommige kinderen. Emoties hebben een grote invloed op het leerproces, zowel positief als negatief. Positieve emoties zoals interesse en enthousiasme kunnen zorgen voor meer motivatie en betrokkenheid bij het leren, terwijl negatieve emoties zoals angst en frustratie het leerrendement juist kunnen verlagen. Door leerlingen te leren hoe zij hun emoties beter kunnen reguleren, kunnen zij beter omgaan met moeilijke opdrachten en negatieve feedback, wat hun zelfvertrouwen en motivatie ten goede komt. 

Wanneer de emoties beter gereguleerd zijn, ga je ook ontwikkeling zien in de remming van ongewenst gedag. Deze ontwikkeling, ook wel inhibitie genoemd, bepaald hoe je omgaat met gedachten die naar boven komt. Ben je in staat deze te remmen, of floep je alles eruit. Dit zie je vooral terug bij kinderen met adhd.

Metacognitie doelgericht aanleren voor meer succes op school

Een vierde mechanisme is het werken aan metacognitieve vaardigheden. Metacognitie doelgericht aanleren is essentieel voor de ontwikkeling van cognitieve functies bij een aantal kinderen. 
Wanneer je werkt aan metacognitieve strategieën, waarbij je de focus legt op het leren leren, ga je in stappen te werk om nieuwe leerstof eigen te maken. Uit welke denkstappen bestaat een leerproces en hoe bied je deze stapsgewijs aan?
Het blijkt dat het werken aan deze strategieën bepalender is voor  je verdere schoolcarrière dan intelligentie of je sociaal-emotionele achtergrond.

Verbeteren van executieve functies bij kinderen

Een vierde mechanisme is dat het verbeteren van executieve functies van je kind kan leiden tot een betere transfer van geleerde vaardigheden naar nieuwe situaties. Het is bekend dat leerlingen vaak moeite hebben om datgene wat zij hebben geleerd in de ene situatie toe te passen in een andere situatie. Door het aanleren van executieve functies, kunnen leerlingen beter generaliseren en de geleerde vaardigheden toepassen in nieuwe en onbekende situaties. Dit kan ervoor zorgen dat zij sneller nieuwe kennis en vaardigheden kunnen verwerven en flexibel zijn in hun denken en handelen.

Deze cognitieve flexibiliteit aanleren is van essentieel belang om doelgericht gedrag bij kinderen teweeg te brengen. Hierdoor ga je zien dat ze impulsen beter beheersen en hun volgehouden aandacht ontwikkelen.

Verbetering van de sfeer

Ten slotte kan het gericht trainen van kinderen hun executieve functies bijdragen aan een positieve sfeer in de klas en betere relaties tussen leerlingen en docenten. Leerlingen die beter in staat zijn om hun emoties te reguleren en zich beter kunnen concentreren, zijn over het algemeen meer betrokken bij de les en minder snel afgeleid. Dit zorgt voor een fijn pedagogisch klimaat waarin leerlingen beter tot leren kunnen komen.

Conclusie

Concluderend kan door sterke en zwakke executieve functies te trainen bij leerlingen een significante impact hebben op het leerrendement. Door bepaalde functies te trainen kunnen kinderen die moeite met iets hebben beter omgaan met afleidingen, hun tijd en energie efficiënter gebruiken, beter omgaan met emoties, flexibel zijn in hun denken en handelen, en betere relaties opbouwen met hun medeleerlingen en docenten. Dit kan resulteren in betere prestaties op school, meer motivatie om te leren, en een betere voorbereiding op de toekomst. Het is dan ook belangrijk voor docenten en onderwijsprofessionals om het trainen van goede executieve functies te integreren in hun dagelijkse onderwijs en zo kinderen bewust te helpen bij het ontwikkelen van deze vaardigheden.

Onthoud, de ontwikkeling van ef vanaf kleuterleeftijd is bepalend voor het schoolsucces tot in de late adolescentie.

Meer informatie?